Veiligheid, zorg en snelheid in de baan

Etiquette is belangrijk om golf veilig en leuk te houden. Eigenlijk komen de etiquette-voorschriften op het volgende neer; houd rekening met andere spelers in de baan en zorg dat er veilig gespeeld wordt zodat iedereen van golf en de baan kan genieten.
In de nieuwe regels per 1 januari 2019 wordt het woord etiquette niet meer gebruikt. Er wordt nu gesproken van ‘Gedragsregels’ en ‘Normen voor spelersgedrag’ (regel 1.2). Deze regel behandelt het gedrag dat van golfer verwacht wordt en zegt het volgende:

Van alle spelers wordt verwacht dat zij in de geest van het spel spelen, “The Spirit of the Game”,
door:

  • Integer te handelen – bijvoorbeeld door de regels te volgen, alle straffen toe te passen en in alle opzichten eerlijk te zijn tijdens het spel.
  • Rekening te houden met anderen – bijvoorbeeld door vlot door te spelen, de veiligheid van anderen in acht te nemen en een andere speler niet af te leiden bij het spel.
  • Goed voor de baan te zorgen – bijvoorbeeld door plaggen terug te leggen, bunkers aan te harken, pitchmarks te repareren en geen onnodige schade aan de baan te veroorzaken.

Veiligheid staat voorop

Het is belangrijk dat golfers op een veilige plaats gaan staan als iemand anders slaat. Neem ook de volgende regels altijd in acht:

  1. Sla nooit als je spelers in de buurt zou kunnen raken.
  2. Als een greenkeeper aan het werk is, wacht met slaan totdat de greenkeeper een teken geeft.
  3. Roep altijd hard ‘FORE’ als een bal de verkeerde kant op gaat richting een andere golfer of toeschouwer, ook als je zelf de bal niet sloeg.

Speeltempo

De nieuwe regels van 2019 zijn gekoppeld aan Ready Golf: adviezen die een prettig speltempo bevorderen. Ready golf betekent onder meer dat je speelt zodra het kan mits het veilig is – ook al is het nog niet jouw beurt. In het algemeen geldt dit:

  • Bereid je slag voor waardoor je klaar bent om te slaan als het veilig is om te slaan.
  • Zodra het veilig is om te slaan word je geacht om dit in maximaal 40 seconden te doen.
  • Verlaat de green zo snel mogelijk zodat de spelers achter jouw groep naar de green kunnen slaan. Zet je tas van te voren aan de goede kant van de green zodat je na de hole snel naar de volgende tee kunt lopen.
  • Sla een provisionele bal als je oorspronkelijke bal mogelijk buiten een hindernis verloren is of out of bounds is.
  • Laat spelers achter je altijd door als je te veel afstand verliest op de groep voor je.
  • Kijk altijd mee naar de ballen van je medespelers, het kan een hoop tijd schelen bij het zoeken.

Zorg voor de baan

Hark bunkers aan na een slag uit het zand, plaats plaggen terug en stamp ze aan, herstel pitchmarks en andere schade aan de green. Laat de vlag nooit vallen op de green maar leg de stok zachtjes neer. Sta niet te dicht bij de hole om schade rondom de cup te voorkomen. Op elke baan staan richtingaanwijzers die aangeven waar je met je kar of buggy mag komen. En als je putt met de vlag in de hole, haal dan daarna op een zorgzame manier de bal uit de hole: met je vingers.

Respect voor medespelers

Golfers worden ook geacht om rekening te houden met anders spelers. Als anderen slaan, maak dan geen lawaai en sta stil. Loop op de green niet door de lijn van een andere speler en zorg ervoor dat andere spelers geen last hebben van jouw schaduw.

VEILIGHEID ZORG SNELHEID IN DE BAAN